Het château de Gentinnes, voor het eerst vermeld in 1137, was oorspronkelijk een vesting die in de loop der eeuwen veranderde in een lustkasteel. In de 18de eeuw werden ingrijpende restauratiewerkzaamheden uitgevoerd in opdracht van Charles-Ghislain d’Udekem die in de adelstand werd verheven tot baron de Gentinnes bij de gratie van Karel VI, keizer van Oostenrijk en hertog van Brabant.
In de 19de eeuw kwam het kasteel in handen van de graven van Limminghe, in deze periode werden de resten van de vroegere donjon afgebroken. In 1900 schonk de laatste eigenaar, J. Wégimont, het kasteel aan de paters van de Congregatie van de Heilige Geest.
Op 1 januari 1962 voltrok zich in Congo het drama van Kongolo, twintig paters van de Congregatie van de Heilige Geest werden vermoord. Na deze gebeurtenissen werd beslist op het domein het Kongolo Memorial op te richten als eerbetoon aan de missionarissen die in Congo zijn vermoord. 
Vandaag behoort het château de Gentinnes toe aan Spiritaanse missionarissen die op het domein in een internationale gemeenschap wonen en gespecialiseerd zijn in het opvangen van zoekende mensen en groepen. Delen van het kasteel staan open voor allerlei festiviteiten.